Niet bepaald een gezellig onderwerp maar zeker iets om eens over na te denken. Nu we alles delen op Social Media; ons leven en werk, gebeurt het maar al te vaak dat nabestaanden niet alleen worden geconfronteerd met het verlies, verdriet en een heleboel geregel maar komt de overledene op de meest onverwachte (en misschien ongewilde) momenten voorbij op het internet.
Het kan pijnlijk zijn om een ‘vriend suggestie’ (people you may know) te zien op bijvoorbeeld Facebook , Twitter of LinkedIn van iemand waarvan je weet dat hij/zij is overleden. Afgezien van dit soort verdrietigheden, wil je misschien zelf niet dat jij online blijft voortleven als jij er niet meer bent.
Ook niet onbelangrijk: als je jouw accounts gekoppeld hebt aan je (eigen) bedrijf, is het goed om nu alvast te bedenken en vast te leggen wat er met jouw persoonlijke accounts moet gebeuren.
De meest Social Media kanalen hebben regels en procedures die de nabestaanden kunnen volgen om de accounts van de overledene te verwijderen of, in geval van Facebook een ‘herdenkingstatus’ te geven. Twitter, LinkedIn, Pinterest, Flickr, Instagram hebben allemaal processen om de nabestaanden hierbij te helpen.
Google maakt het iets ingewikkelder en geeft zelfs na het volgen van de procedure geen garantie op daadwerkelijke verwijdering van accounts (Google+, Gmail, YouTube, Blogger). Google heeft echter een andere manier, die het mogelijk maakt om bij leven dit al te regelen, je kunt aangeven in de instellingen dat als je 3 maanden niet hebt ingelogd, je accounts worden verwijderd (je krijgt uiteraard wel eerst een email/sms om dit te voorkomen, voor het geval je om andere reden dan overlijden niet hebt ingelogd!).
Of je nu wel of niet online wilt blijven voortbestaan, het is goed er in elk geval je gedachten over te laten gaan en het eventueel op te nemen in je testament.
Heb je hulp of advies nodig, of heb je te maken met een digitale nalatenschap maar je weet niet hoe je die het beste kunt afhandelen, wij kunnen je hierbij assisteren. Neem gerust kontakt met ons op.